Het is een veelgehoorde slogan: onze koeien hebben het goed, dat proef je! Kwaliteit is altijd een belangrijk onderdeel geweest bij de verkoop van melk. De consument staat ervoor open om wat meer te betalen, maar dan moet de melk in hun ogen wel aanzienlijk lekkerder, romiger en/of gezonder zijn.
De ene melk is de andere niet
We zien een groeiende interesse vanuit de markt naar verschillende soorten melk: de één wil alleen nog Jersey melk in de koffie, de ander drinkt uitsluitend rauwe melk of haalt zijn melk lokaal bij een boer waar hij de koeien kan zien staan. Maar claims over welke melk gezonder is, kunnen zelden onderbouwt worden met wetenschappelijk bewijs.
Een recent rapport van de Fryske Kaasmakers doet nu een voorzichtige voorzet dat melk van koeien uit een bedrijf met een meer natuurinclusieve/extensieve managementstijl wel eens gezonder zou kunnen zijn dan die van bedrijven met een intensieve bedrijfsvoering. Managementmaatregelen zoals meer weiden en minder krachtvoer, zouden namelijk wel eens een gunstig effect kunnen hebben op de samenstelling van de vetzuren in de melk.

Rapport SUVEL2050 en Wij.land
Alle boeren die wij spreken willen een mooi product leveren. Lekkere melk van gezonde koeien. Bij de boeren die niet aan de melkfabriek leveren maar zelf verzuivelen en (lokaal) afzetten, is het nog belangrijker om zich in kwaliteit of smaak te onderscheiden. Hoe beter zij de plus op hun melkprijs kunnen verklaren, hoe beter dat vaak is voor het verdienmodel van die boer.
Daarom vinden we de hypothese in dit rapport interessant, boeren zouden dus zelf invloed kunnen uitoefenen op de melkkwaliteit. Hoe meer we hierover weten, hoe beter boeren zelf aan de knoppen kunnen gaan zitten op een manier die past bij hun bedrijf.
We kijken ernaar of we melkkwaliteit kunnen – en willen – opnemen in de Wij.land BoerenWijzer. We zetten de BoerenWijzer in bij keukentafelgesprekken met boeren om samen een overzicht te krijgen op diens bedrijf. Deze tool is alleen voor de boer en bedoelt als een hulpmiddel, dus geen toets.
De uitkomsten van het rapport
In het rapport, SUVEL2050, brengt Willeke Weever naar voren dat voer zoals vers gras en lijnzaad voermanagement in veel gevallen de hoeveelheid gezonde vetzuren, zoals omega-3, verhoogt. Dit vormt een interessant contrast met de vetzuursamenstelling in melk afkomstig van managementvormen waarin veel krachtvoer wordt ingezet en gebruik wordt gemaakt van bijvoorbeeld palm- en zonnebloemproducten. Het rapport toont voorzichtig aan dat in melk van koeien bij wie bijvoorbeeld veel krachtvoer wordt ingezet en weinig weidegang aanwezig is, relatief meer vetzuren zijn die als minder gunstig voor de gezondheid worden beschouwd. De drie gunstigste maatregelen voor de melksamenstelling zijn meer weidegang, een kruidenrijk grasland en voerkeuzes.

Meer weidegang, gezondere vetzuren
Koeien die langer in de wei staan en vers gras eten, produceren melk met meer omega-3-vetzuren en geconjugeerd linolzuur (CLA), beiden gunstig voor de menselijke gezondheid. Onderzoek toont aan dat hoe meer weidegang de koeien hebben hoe beter de vetzuursamenstelling. Vers gras bevat namelijk onder andere alfalinoleenzuur (ALA), dat direct in de melk terechtkomt en bijdraagt aan een gezondere vetzuurbalans.
Het belang van kruidenrijk grasland
Kruiden zoals rode klaver, smalle weegbree en cichorei verbeteren de vetzuursamenstelling. Rode klaver bevat polyfenoloxidase, een enzym dat helpt omega-3-vetzuren te behouden. Bovendien leidt een kruidenrijk dieet tot een betere verhouding tussen omega-6- en omega-3-vetzuren, wat belangrijk is voor het verminderen van ontstekingen bij mensen. Het is echter wel zo dat niet ieder kruidenrijk grasland een even groot effect heeft. Natuurlijk kruidenrijk grasland, dat later wordt gemaaid en minder wordt bemest, heeft mogelijk een minder grooteffect op de vetzuursamenstelling dan productief kruidenrijk grasland. Dit grasland heeft namelijk de grootste verhouding blad tot steel waarin relatief de hoogste totaal hoeveelheid vetzuren zitten.
Minder krachtvoer, een natuurlijker vetzuurprofiel
Veel extensieve boeren beperken het gebruik van krachtvoer en focussen op ruwvoer van eigen land zoals hooi en graskuil. Een rantsoen met minder krachtvoer lijkt melk op te leveren met een betere vetzuurbalans. Daarbij helpt het vermijden van palmproducten en zonnebloemolie de verzadigde vetten en omega-6-vetzuren laag te houden.
Als laatste beïnvloedt naast weidegang, kruidenrijk grasland en minder krachtvoer ook de kwaliteit van het voer de melksamenstelling. Hooi van vroeg gemaaid gras bevat meer nuttige vetzuren dan hooi van laat gemaaid gras. Daarbij verhogen lijnzaad en raapzaad het omega-3-gehalte in melk, terwijl voer dat nu veel wordt gebruikt, zoals palmproducten en soja, een negatief effect hebben. Een extra kanttekening is dat de bewerkingsmethode van de verschillende soorten voer ook moet worden meegenomen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan vroeg of laat gemaaid gras, het stadium van het gewas, wel of niet kruidenrijk alsook het droogproces. Zij bepalen namelijk allemaal samen mede de mate van een positief effect op de vetzuren. Het is bijvoorbeeld gunstig om een Gunstig is onder andere een korte tijd te hebben tussen tussen het maaien en drogen van het gras, omdat het met een hoge passagesnelheid ervoor zorgt dat er minder linoleenzuur in de pens terecht komt.
Er zitten nog genoeg haken en ogen aan dit onderzoek, zoals Willeke zelf ook aangeeft. Voor een volledig beeld van de gezondheidseffecten moet het hele dieet van de koe onder de loep worden gelegd. Daarbij kan de vetzuursamenstelling ook nog sterk verschillen per bedrijf. Maar veel weidegang, biodiversiteit in het weiland en minder (en beter) krachtvoer lijken dus wel effect te hebben op de melkkwaliteit. Maatregelen waar de meerderheid van de boeren in het veenweidegebied al mee werkt of steeds meer mee aan de slag is.
Ben jij benieuwd geworden en wil je meer weten over bijvoorbeeld kruidenrijk grasland, rantsoen of je weidegang? Stuur een appje naar Frederik via (tel) of mail naar f.hengeveld@wij.land.